Nederlandse naam: Treurvorme wilgenbladpeer.

Bladkleur: donkergroen.
Bloemkleur: wit.
Hoogte: 2,00 m - 4,00 m.
Bloeitijd: J F M A M J J A S O N D.
Groeivorm: treurvorm.
Entplaats: stam 200/+ of 220/+.
Leverbaar: uit volle grond - met kluit.

Toepassing en gebruik: zeewindbestendig - bladplant - bloemschikken - snoeibaar - bijenplant - herfstverkleuring.

Licht: zonlicht - halfschaduw.
Bodem: vruchtbaar.
Vochtigheid: doorlatend.
Zuurtegraad: neutraal - kalkrijk.

Omschrijving: Deze sierpeer heeft treurende takken en wilgachtige bladeren die lang en zilvergrijs zijn, en aanvankelijk overdekt zijn met een fluwelig donslaagje. Hij is goed winterhard en lijkt op een "zilveren" treurwilg. Deze soort groeit uit tot een kleine boom. Kenmerkend zijn de gespreide takken. De bloei vindt in de maanden november t/m april plaats op het dan vrijwel kale hout. De beste vormen geven bleekrose bloempjes, die aan lange steeltjes aan de takken hangen. De bloemen blijven ook langer goed. Dat heeft vermoedelijk deels met de temperatuur te maken tijdens de bloei. Binnen deze groep zijn ook de hangende vormen van belang. Dat zijn veelal vormen, waarbij de takken naar beneden toe van de boom afhangen. Boompje met grijsviltige, sterk hangende twijgen. De bladeren zijn langwerpig en vooral aan de onderzijde witviltig. Bloeit met witte bloempjes in april. De vruchten zijn peervormig en 3 cm groot. Dit is een treurvorm, goed te gebruiken als solitair.